Ga naar:
 
 

Home

Filmbespreking L'ami Hollandais, Jef Last & André Gide

Voor iemand zoals ik, die zich al flink wat jaren met de figuur Last bezighoud, is het lastig objectief naar deze film te kijken. Soms is kennis een last (excuses voor deze onbedoelde woordspeling). Maar even goed – deze film is sterk genoeg om dit bezwaar geheel teniet te doen. Want, wat een prachtdocumentaire!

De regisseur Pieter Jan Smit - tien (!) jaar bezig geweest om deze film gerealiseerd te krijgen - heeft ervoor gekozen vooral het communistische engagement van de vrienden Jef Last en André Gide te belichten. Daartoe heeft Smit onbekend en uniek film- en fotomateriaal opgespoord, bijzonder veel gereisd (naar Frankrijk, België, Spanje, Marokko, Rusland, Georgië en de Oekraïne), archiefonderzoek gedaan en met veel mensen gesproken (waaronder met name dochter Femke Last).

Het gebrek aan bewegend beeld over Last en Gide, heeft Smit opgelost door het gebruik van soms wonderschone, aanverwante filmbeelden, foto’s, sfeervolle reisbeelden, interviews en het gesproken woord (citaten uit boeken, brieven, dagboeken). Al deze zaken zijn virtuoos in elkaar gemonteerd. De smaakvolle vormgeving en de fraaie muziek vervolmaken het geheel.

De film begint met prachtige shots van Parijs (Rue Vaneau) en de werkkamer van Gide (uit film van Marc Allégret Avec André Gide). De eerste ontmoeting tussen Gide en Last wordt gememoreerd middels een dagboeknotitie van Maria van Rijsselberghe over Last die “in een onmogelijk Frans” zou hebben gesproken.

Een korte biografie van Last tot aan de ontmoeting in 1934 volgt, met een aantal amusante fragmenten uit de film Branding (1929) – gebaseerd op een novelle van Last en met hem zelf in de hoofdrol – en vergezeld door het ontnuchterende commentaar van Femke Last. Zij herinnert zich de noodzaak tot het geven van lezingen om wat geld in het laatje te brengen. Femke mocht daarbij “dia’s schuiven”.

De liefde die Last voelde voor de Urker visser Teun, wordt ook droogjes door Femke Last becommentarieerd. Vooral als “hij zijn kostuum droeg, was hij gek op hem”. Interessant is het feit dat zij toentertijd niets doorhad van de homeseksuele escapades van Last. Prachtig is ook hoe Femke Last terugkijkt op de communistische idealen van haar ouders: "Ach ja, die communistische tijd. Wij geloofden in al die mooie dingen. Achteraf gezien was het allemaal wat naïef."

In de film neemt de reis die Last en Gide in 1936 naar de Sovjet-Unie maakten, een belangrijke plaats in. Een centrale en nog niet eerder belichte rol krijgt daarin de beroepsintrigant Michaïl Koltsov: Pravda correspondent en een man die verschillende bijzonder onsmakelijke werkjes voor de Partij opknapte. Hetgeen overigens niet voorkwam dat hijzelf ook werd vermalen tussen de raderen van de stalinistische vooruitgang. De machinaties van Koltsov komen fraai tot uiting in de rol die Gide werd geacht te spelen in het rouwcircus (huilend bij de baar) rondom de juist overleden schrijver Maxim Gorki. Gide hield zelfs een toespraak op het Rode Plein die later – na diens verkettering - schielijk uit de propagandafilm omtrent Gorki’s begrafenis moest worden verwijderd. Smit heeft nog zestien beeldjes van Gide’s toespraak en de geluidsopname weten te vinden!

Smit heeft schokkende en deels nog onbekende feiten opgedoken. Zo was er een jonge tolk in het reisgezelschap waarmee Gide een avontuurtje had. Dit had voor deze jongeman ernstige gevolgen: in hetzelfde jaar werd hij in het kader van de stalinistische zuiveringen (die in 1936 daadwerkelijk losbarstten) naar Siberië verbannen. Of hij dat heeft overleefd, vertelt het verhaal helaas niet.

Een ander triest geval dat Smit behandelt, is het lot van de Georgische dichter Titsian/Tician/Titiaan Tabidze. Met name Gide was zeer te spreken over deze vriendelijke man en zijn dochter. Tabize werd in 1936 als 'Franse spion' ter dood veroordeeld. Hij zou aan Gide staatsgeheimen hebben doorgespeeld.

Een ander onbekend facet is de moord die de KGB zou hebben gepleegd op Eugène Dabit, een van de Franse reisgenoten van Last en Gide. Dabit – evenals Gide kritisch tegenover de Sovjet-Unie - zou te ongezouten zijn mening hebben geuit tegenover Nina Mgedlova, de tolk van kunstenaar Frans Masereel (ook als fellow-traveller in de Sovjet-Unie). Met deze tolk die hem verraden zou hebben, had Dabit een affaire.

De film vervolgt met de Spaanse Burgeroorlog (die nog tijdens de reis naar de Sovjet-Unie uitbrak). Ook hierover weer een fraaie kenschetsing door Femke Last: “Dat [geeft] natuurlijk wat gemengde gevoelens als je vader daar naartoe gaat om te vechten. Enerzins lijkt dat heel flink, anderszins is het tegenover de familie natuurlijk [een] twijfelachtig idee om je ergens eventueel misschien te laten doodschieten”.

De film eindigt met de laatste vooroorlogse ontmoeting tussen Last en Gide – tijdens een koude regenachtige week in juni 1938, in een primitief vakantiehuisje op de Veluwe (Epe). Voor Gide een verloren week, zo schreef hij in een brief; al was hij ook blij Last weer te zien. Vanaf toen zou de vriendschap tussen Last en Gide langzaam maar zeker eroderen.

Filminfo

Vertoning: Voorpremière 13 juni 2006 in De Balie Amsterdam, 20.00 uur. In het kader van een avond over André Gide.
In het Filmmuseum op 15 juni (19.00 uur; regisseur aanwezig), 16 – 21 juni 2006 (19.30 uur) Amsterdam.  Misschien op zondag 18 juni om 18.00 uur.
Vanaf 15 juni gedurende een week in: Filmhuis Den Haag, t’ Hoogt Utrecht, Lux Nijmegen.
Regie: Pieter Jan Smit
Productie: Digna Sinke, en Cyral Bibas. SNG Film
Camera: Bert Haitsma, Giorgi Beridze, Abdelah Zouhir
Animaties: Adriaan Lokman
Muziek: Ivan Georgiev
Montage: Teun Pfeil
Geluid: Yves Renard
Stemmen: Gerardjan Rijnders, Cas Enklaar, Hans Goedkoop, Pieter Jan Smit
Tijdsduur: 72 minuten
Distributie: Filmmuseum

Verder lezen over Last en Gide

Zie biografie Last (hoofdstuk Volksfront en André Gide) op deze site.
Artikel Rudi Wester, 'Een spel der misverstanden. De vriendschap tussen André Gide en Jef Last', in De Parelduiker 2005, nr. 4/5.

Reageer: info@jeflast.nl Laatste aanpassing 12 juni 2006

Home